‘Bah, wat een opschepper.’
‘Wat maakt het uit, hij doet toch geen vlieg kwaad?’ Mijn man kijkt me over zijn boek heen aan.
‘Zie hoe onze meiden vechten om zijn aandacht, ze doen zelfs mee met aquajogging!’
Bas richt zijn blik op het water, waarin onze dochters tussen enkel vrouwen staan te springen en te plonzen, starend naar de knappe adonis op de kant, die demonstreert wat ze moeten doen. Af en toe springt hij, onder luid gejuich, met een salto in het water om iemand een oefening voor te doen. Zelfs de oudere dames hebben rode koontjes en doen extra hun best om een complimentje of een knipoog van hem te krijgen.
‘Wat is daar mis mee?’
‘Maar…’
‘Irma, laat het los. Ze zijn volwassen, ze zijn verstandig. Wees blij dat ze nog met ons mee op vakantie wíllen. En die knul is ook jong en heeft gewoon lol. Laat ze toch genieten.’ Hij duikt weer in zijn paperback.
Ik weet dat hij gelijk heeft, maar desondanks ergert het me. ’s Avonds zie ik hem ook regelmatig met een ander meisje langs de caravan lopen, op weg naar de campingdiscotheek. Een blozend wicht, blij dat zij die avond uitverkoren is, dat daags later met lede ogen aan moet zien hoe hij zijn volgende verovering bij de hand neemt. Zie hem daar paraderen, heupwiegend op de opzwepende muziek. Hij showt zijn gespierde borst en sixpack en geniet zichtbaar van alle aandacht.
Ik dwing mezelf ergens anders naar te kijken. Even verderop amuseert zich een jochie, hij zal niet ouder zijn dan een jaar of acht, met een haaienvin op zijn rug. Hij heeft dikke pret en laat menig zwembadbezoeker ‘schrikken’. Als dat lukt, heeft hij een grijns van oor tot oor en schalt zijn aanstekelijke lach over het water.
De lucht is zwaar van de geur van zonnebrand en gefrituurd eten. We zijn omringd door zonliefhebbers. Gezinnen met peuters amuseren zich rondom in het ondiepe gedeelte en oudere kinderen leven zich uit op de glijbanen die in het aparte aquapark in overvloed aanwezig zijn. Vanaf een uur of twee gaat iedere middag de muziek wat harder en komt het entertainment, inclusief Casanova, de badgasten vermaken.
Na een laatste blik op hem besluit ik mijn mans advies op te volgen. Ik pak mijn tijdschrift op en verdiep me weer in andermans problemen.
Gealarmeerd door een ijselijke gil kijk ik op. De anders zo nonchalante houding van casanova is verdwenen. De gedachte dat hij een volgend slachtoffer heeft gespot voor die avond, maakt snel plaats voor kippenvel en een hoge hartslag als ik het lichaampje naast de haaienvin zie drijven. Nog voor ik met mijn ogen kan knipperen, duikt casanova het zwembad. Binnen enkele seconden tilt hij het bewegingloze lijfje op de kant en knielt hij ernaast.
In een waas zie ik de ouders komen aansnellen, de moeder slipt en glijdt bijna zelf het water in. Ze probeert de jongen in haar armen te nemen, maar casanova duwt haar kordaat weg en buigt zich over het slappe lichaam. Hij knijpt de neus van het kind dicht, plaatst zijn mond over de blauw aangelopen lippen en ademt een paar keer krachtig uit. Daarna duwt hij met twee handen op de kleine borstkas en het lichte gekraak van de ribben gaat door merg en been. Het is doodstil, iedereen lijkt zijn adem in te houden. Casanova blijft onverminderd doorgaan met de handelingen en dan, na wat uren lijkt, hoest de jongen amechtig een golf water op en begint te huilen.
Een collectieve zucht van opluchting volgt, op de achtergrond komt het geluid van een ambulance dichterbij. De moeder pakt haar zoon in haar armen, tranen stromen over haar wangen. Iemand komt met een grote handdoek en drapeert deze over moeder en zoon. De vader van de jongen steekt een hand uit en trekt casanova, die hijgend en enigszins verloren op de rand van het zwembad zit, in een langdurende omhelzing. Als ze eindelijk loslaten, staan er tranen in hun ogen. Dan klinkt er een klap naast me. Mijn man slaat zijn handen ineen, steeds sneller en luider. Een aantal mensen volgen zijn voorbeeld en al gauw klinkt over het hele terrein een overdonderend applaus, het geluid resoneert tussen de bedjes en parasols. Casanova veegt zijn ogen droog en schuifelend neemt hij de ovatie in ontvangst. Hij lijkt niet goed te weten hoe hij zich een houding moet geven, maar dan breekt er een grijs door op zijn gebruinde gezicht. Terwijl het applaus langzaam wegsterft, maakt hij een diepe buiging en duikt dan weer met een salto het zwembad in.