Mijn hartslag is hoog, mijn handen nat van het zweet. Een nieuwe partner voorstellen aan je ouders is altijd spannend, maar vandaag heeft toch een extra lading. Het hele huis is glimmend gepoetst en ruikt naar de koekjes die net uit de oven komen.
De deurbel gaat en ik veeg mijn handen droog aan mijn spijkerbroek. Ik loop naar de voordeur, slaak een diepe zucht en zwaai dan de deur open.
‘Hoi lieverd!’ Mijn moeder kust de lucht naast mijn wang en in een wolk van Chanel walst ze langs me heen, de smalle gang in. Pap volgt een paar seconden later, een tas vol etenswaren in zijn linkerhand.
‘Je moeder was weer bang dat je aan het verhongeren bent,’ zegt hij lachend en hij slaat zijn arm om me heen, geeft me een klein kneepje in mijn schouder.
Mam hangt haar omslagdoek op de kapstok en veegt met een vinger over de smalle sidetable die eronder staat. Keurend bekijkt ze daarna haar vingertop, waarna ze pas echt naar mij kijkt.
‘Zo, dus je nieuwste verovering zit binnen?’ vraagt ze en zonder op antwoord te wachten trekt ze de deur naar de woonkamer open.
Op dat moment komt Walter uit de keuken aanlopen, met een dienblad met daarop een schaal koekjes en koffie. Verward kijkt mijn moeder van hem naar mij en weer terug.
‘Wat doe jij nou hier, Walter?’ vraagt ze.
Pap en ik zijn inmiddels ook in de woonkamer en pap kijkt al net zo verbaasd als mam.
‘Oh’, zegt mam, ‘is het Tom? Wat leuk! En je hebt meteen alle ouders uitgenodigd! Dan moet het wel heel serieus zijn. Waar is Tom, nog in de keuken?’ vervolgt ze richting Walter.
Die heeft het dienblad op de tafel gezet en loopt ons toe.
‘Tom is er niet, alleen ik,’ zegt hij en legt zijn arm op mijn schouders.
Ik zie mams ogen groter worden, ze legt haar hand ter hoogte van haar borst. Ik kijk opzij, naar paps even witte gezicht.
‘Pap, mam, ik wist niet hoe ik het anders moest vertellen. Walter en ik zijn inmiddels bijna een half jaar samen en ik ben nog nooit zo gelukkig geweest.’
Mam zit inmiddels als een ineengestort puddinkje op de bank, haar mond gaat open en dicht, als een vis op het droge. Als ze haar stem weer gevonden heeft, kan ze alleen maar uitbrengen: ‘Hoe kun je dit nou doen, mij hier zo mee overvallen… En Walter! Hij is dik twintig jaar ouder dan jij, hij had je vader kunnen zijn!’ Als ze die laatste woorden uitspuugt, staat ze op en marcheert ze naar de deur. ‘Kom Bart, we gaan.’
Pap staat nog midden in de woonkamer. Zijn blik gaat van Walter naar mij, terug naar Walter en dan naar mam, hij kucht.
‘Ben je gelukkig, Marit?’ vraagt hij aan mij. Ik kijk hem aan en ik kan mijn eigen gezicht niet zien, maar ik voel dat het glundert. Ik zie dat pap het ook ziet.
‘Dan doe mij maar een koffie,’ zegt hij.